derde wet van newton

imke stelde deze vraag op 17 oktober 2007 om 22:09.

Ik vroeg me af hoe het komt dat als ik iets voorttrek aan een touw. bv. een kar, dan oefen ik een kracht uit via het touw op die kar, maar tegelijkertijd moet er volgens de derde wet van Newton een even grote reactiekracht zijn die tegengesteld is. Hoe kan het dan dat die kar versnelt?

 gr

imke

Reacties

Jaap op 17 oktober 2007 om 22:44

Dag Imke,
De actiekracht is jouw spierkracht OP DE KAR (of op het touw). De reactiekracht is de kracht van de kar (via het touw) OP JOU. De actiekracht en de reactiekracht werken dus op verschillende lichamen. Daardoor kunnen deze twee krachten elkaar niet opheffen.
Op de kar werkt een resulterende kracht die gelijk is aan jouw spierkracht. (De overige krachten op de kar, de zwaartekracht en de normaalkracht, heffen elkaar op.) Volgens de tweede wet van Newton heeft deze resulterende kracht een versnelling van de kar tot gevolg.
Onthoud: actie en reactie volgens de derde wet van Newton werken altijd op verschillende lichamen en heffen elkaar dus nooit op.
Groeten, Jaap Koole

Jan op 17 oktober 2007 om 22:51

Dag Imke, Jaap,

Misschien nog voor de volledigheid en de duidelijkheid erbij vermelden dat de kar dus ook een kracht op jou uitoefent, maar dat jij niet versnelt, omdat er op jou nóg een (tegengestelde) kracht werkt, en dat is de wrijvingskracht tussen je voeten en de grond. Op jou is de nettokracht dus wél 0, en jij versnelt dus niet.

Groet, Jan

Nick op 15 november 2008 om 19:19
Ik ben niet echt een expert hierin, maar ik denk dat ik dit simpel kan uitleggen aan de hand van een ander voorbeeldje:

Als je op een muur slaagt, voel je de muur op je hand drukken (de muur oefent een even grote kracht op je hand uit (hoe harder je slaagt, hoe meer pijn je van de muur hebt).

Bij het touw is dit ook zo. ziehier 3e wet van Newton.
Daarnaast zal de resultante kracht uiteindelijk niet 0 zijn omdat je op het touw kracht blijft uitoefenen en omdat het hele systeem niet genoeg weerstand tegen je kracht zal kunnen bieden om stil te blijven en dus vervolgens zal bewegen.

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft tweeëntwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)