Dag Tine,
Als het kwik in rust is in de horizontale buis, heffen de krachten op het kwik elkaar op. De atmosferische druk b van buitenaf op het kwik en de druk van de lucht in de buis op het kwik zijn dan even groot. De druk van de lucht in de horizontale buis is daarom gelijk aan de atmosferische druk: p_lucht,1=b. Zo zou je kunnen zeggen dat de atmosferische druk "door het kwik heen" op de lucht in de buis werkt. De atmosferische druk werkt niet door het glas heen.
Als het kwik in rust is in de verticale buis, heffen de krachten op het kwik elkaar weer op. Omhoog werkt op de onderzijde van het kwik: de druk van de lucht in de buis. Omlaag werken op de onderzijde van het kwik: de atmosferische druk b plus de druk van de kwikkolom zelf (p_kwik=ρ×g×h). Dus p_lucht,2=b+ρ×g×h.
Om de lengte van de luchtkolom in de verticale buis te vinden, kun je de wet van Boyle toepassen, aangenomen dat de lucht zich gedraagt als een ideaal gas met een constante temperatuur. Voor het volume van de lucht geldt V=A×L met A is de dwardoorsnede van de luchtkolom en L is de lengte van de luchtkolom.
Groeten, Jaap Koole