lichtverstrooiing

anne stelde deze vraag op 26 mei 2007 om 19:33.

Hallo,

als een oplossing helder is (=voorwaarde om een oplossing te zijn) wil dit dan zeggen dat er geen lichtverstrooiing plaatsvindt?

alvast bedankt.

mvg

Reacties

Jan op 26 mei 2007 om 21:21

Beste Anne,

Nou ja, "géén": laten we zeggen "weinig". Er zal vrijwel altijd wel iets verstrooid worden.

Groet, Jan

oscar op 27 mei 2007 om 00:31

Dag Anne,

Of het zo eenvoudig is...
Verstrooing kan inderdaad veroorzaakt worden door deeltjes (veel groter dan de golflengte van het licht) die het licht diffuus weerkaatsen.
Een andere mogelijkheid zijn flucuaties in de brekingsindex (op een vergelijkbare schaal als de golflengte). Vooral in de atmosfeer, maar ook b.v. in warm water.
Er zijn mij inderdaad geen gevallen bekend van enkele (= opgeloste) moleculen die licht verstrooien. Maar ik weet eigenlijk niet goed waarom niet. (Hoewel: gedenatureerd DNA vormt een witte kluwen, die dus wel licht verstrooit).

Overigens is een oplossing natuurlijk lang niet altijd helder. Een opgeloste kleurstof kan elke kleur hebben (behalve wit).

Groet. Oscar. 

Jaap op 27 mei 2007 om 01:16

Dag Oscar,
In het spraakgebruik over oplossingen is "helder" bij mijn weten het tegengestelde van "troebel" en niet van kleurloos. Thee is een heldere, gekleurde drank.
Groeten, Jaap Koole

Jan op 27 mei 2007 om 09:36

Beste Anne, Oscar,

Deeltjes kleiner dan de golflengte van licht kunnen wel degelijk licht verstrooien. Het bekendste voorbeeld hiervan is wel de Rayleigh-verstrooiing van licht in lucht, wat ons onze blauwe hemel geeft. De blauwe kleur van water is dan weer meer een gevolg van absorptie van licht, die voor water sterker is in het rode deel van het spectrum.

Ik denk dat Jaap's antwoord uiteindelijk wel het beste bij je vraag past zoals die bedoeld was: een oplossing is niet troebel, waarmee wordt bedoeld dat de opgeloste deeltjes zich als losse moleculen of ionen tussen de moleculen bevinden waarin ze opgelost zijn. Een leuk voorbeeld hiervan is pastis of ouzo: anijsolie lost niet op in water, wél in alcohol. Is het alcoholpercentage hoog genoeg dan houden de alcoholmoleculen de anijsolie-moleculen nog goed in oplossing, de drank is helder. Voeg je nou water toe dan lukt dit niet meer, de anijsolie vormt minuscule druppeltjes in het water. Een combinatie van brekingseffecten op het grensvlak water-anijsoliedruppel, absorptie etc zorgt ervoor dat het invallende licht diffuus alle kanten op gaat. Dat noemen we dan troebel.

Ik denk dat we er zo wel zijn.

Groet, Jan 

M. op 18 september 2012 om 19:06

De 'definitie' van een oplossing is dat deze helder is; de term 'helder' moet echter niet worden verward met 'kleurloos'. Een blauwgekleurde oplossing is dus helder; is een blauwgekleurde vloeistof niet helder, dan is het geen oplossing, maar een suspensie of emulsie (of zelfs een schuim). Naarmate de hoeveelheid kleurgevende deeltjes in een oplossing en dus de kleurintensiteit groter wordt, zal de doorzichtigheid wel afnemen. Hierdoor kan een geconcentreerde oplossing wel eens onterecht als 'niet helder' worden bestempeld. Men kan de helderheid controleren door enkele druppels op een dekglaasje te doen.

Theo op 18 september 2012 om 19:26

Helder = doorzichtig  lijkt me een goed uitgangspunt. Daarbij is doorzichtig niet automatisch kleurloos

(geel/bruine thee is helder, rood glas is helder, rode verf in een pot is niet helder (ondoorzichtig) )

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft acht appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)