Luchtkussenbaan

Luuk stelde deze vraag op 22 maart 2007 om 18:31.

Hoi, ik zit in 4WO en had een vraag over arbeid en energie.

Ik loop vast bij de volgende vraagstelling:

 In een experiment op een luchtkussenbaan wordt een slede versneld door een gewichtje dat vanaf een hoogte van 80 cm naar beneden valt. De massa van de slede is 450 gr en de massa van het gewichtje 50 gr.
OPGAVE: bereken de snelheid dit de slede heeft gekregen als het gewichtje de grond raakt.

Hoe ik te werk ga:

gegevens ordenen: Mslede = 0,45 Kg Mgew = 0,050 Kg         H= 0,80 m

Ekin = 1/2mv²  

Ez = mgh

mgh = 1/2 mv²

maar wat nu?

groetjes

Reacties

Melvin op 22 maart 2007 om 19:00

Beste Luuk,

Het is heel goed dat je even de gegevens ordent als je er niet direct uitkomt. Het volgende wat je als steun kan doen, is
kijken wat je wil weten. Zo kom je erachter waar je bent (welke gegevens je hebt) en waar je naar toe wilt (wat je moet weten) en dan hoef je alleen nog uit te vinden hoe je er kan komen.

In dit geval wil je weten wat de snelheid van de slede en dus ook van het blokje is. Je wil dus v weten en wat je dan uiteindelijk moet krijgen is:

v = ...

De formules die je hebt, zou ik trouwens iets veranderen. Het klopt bijvoorbeeld dat Ekin = 1/2 m v² , maar wat is 'm' hier? Het is de massa van het object met de snelheid v, waarvan je de kinetische energie wil weten. In dit geval krijgen zowel de slede als het gewichtje de snelheid, dus samen hebben ze de kinetische energie 1/2 (Mslede + Mgew) v².

De hoogte-energie is inderdaad Ez = m g h, maar welke massa zou hier bedoeld worden met 'm'? Dus wat is dat in termen van Mslede en Mgew?

Daarna moet je inderdaad Ekin gelijkstellen aan Ez en krijg je dus een formule als

1/2 (Mslede + Mgew) v² = ... g h

Waarbij je de puntjes zelf kan bedenken. Je kan het dan omschrijven zodat je krijgt

v² = ...

en daarna 

v = ...

Je mag hierbij zelf invullen wat op de puntjes hoort.

Kom je hier uit?

Groet,
Melvin

Luuk op 22 maart 2007 om 19:32

Dag Melvin,

Ik weet niet zeker of het nu wel goed is wat ik doe:

Ik zou zeggen: de zwaarte energie geldt alleen voor het blokje, die valt immers naar beneden en de slede blijft op dezelfde hoogte. Dus dan zou in de volgende formule:

1/2 (Mslede + Mgew) v² = ... g h

op de puntjes Mgew komen?

dan krijg je : 1/2 (0,45+0,05) v²  = (0,05)x9,81x0,8

v² = 0,05x9,81x0,8    
           0,25

v² = 1,5696

v = 1,25 m/s

 

of klopt daar weer helemaal niks van?

groeten
                                                                                                                                                                                                  

Jan op 22 maart 2007 om 21:20

Beste Luuk,

Mag ik vast wel namens Melvin zeggen:

 Daar klopt alles aan hoor!

Als je zo netjes en gestructureerd werkt mag je gerust een tikje meer zelfvertrouwen hebben.

 groet, Jan

anne op 17 november 2008 om 15:23
 is helemaal goed volgens mij!!

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft tien appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)