Nu heb ik de volgende vraag in mijn boek staan, maar ik kom er niet uit:
Voor de luchtweerstand die een auto ondervindt blijkt de volgenden formule te gelden: Fw=1/2 . cw. p. A.v^2 Hierin is fw de luchtweerstand, p de dichtheid van de lucht, A het frontale oppervlak, en v de snelheid. Cw is voor de desbetreffende auto een constante die de invloed van de vorm van de auto op de luchtweerstand weergeeft.
Toon (uitgaande van de gegeven formule) dat cw, een constante is die geen eenheid heeft.