Allereerst zijn er twee soorten debiet, te weten massadebiet en volumedebiet.
Voor het volumedebiet ga je als volgt te werk. De eenheid van volumedebiet is m3/s. Ik wil dus weten hoeveel kubieke meter er per seconde door een willekeurig te kiezen opppervlak in de buis stroomt. Hiervoor heb ik twee gegevens nodig: Het oppervlak van de buis waar het debiet doorheen stroomt (in m2) en de snelheid van het debiet (in m/s).
Als ik deze twee vermenigvuldig heb ik het volumedebiet. Als we de eenheden tegenover elkaar zetten zien we ook dat het klopt:
Volumedebiet [m3/s] = Oppervlak [m2] x snelheid [m/s]
(We gaan er hier wel vanuit dat het debiet onsamendrukbaar is)
Om nu het massadebiet te bereken hoeven we alleen het volumedebiet maar te vermenigvuldigen met de dichtheid (rho) van het debiet (dichtheid = massa/volume):
Massadebiet [kg/s] = Oppervlak [m2] x snelheid [m/s] x dichtheid [kg/m3]