debiet

pascale stelde deze vraag op 10 maart 2006 om 09:14.
Graag had ik een algemene formule voor het berekenen van het debiet door een buis

Reacties

Gerwin op 10 maart 2006 om 09:41

Allereerst zijn er twee soorten debiet, te weten massadebiet en volumedebiet.

Voor het volumedebiet ga je als volgt te werk. De eenheid van volumedebiet is m3/s. Ik wil dus weten hoeveel kubieke meter er per seconde door een willekeurig te kiezen opppervlak in de buis stroomt. Hiervoor heb ik twee gegevens nodig: Het oppervlak van de buis waar het debiet doorheen stroomt (in m2) en de snelheid van het debiet (in m/s).

Als ik deze twee vermenigvuldig heb ik het volumedebiet. Als we de eenheden tegenover elkaar zetten zien we ook dat het klopt:

Volumedebiet [m3/s] = Oppervlak [m2] x snelheid [m/s]

(We gaan er hier wel vanuit dat het debiet onsamendrukbaar is)

Om nu het massadebiet te bereken hoeven we alleen het volumedebiet maar te vermenigvuldigen met de dichtheid (rho) van het debiet (dichtheid = massa/volume):

Massadebiet [kg/s] = Oppervlak [m2] x snelheid [m/s] x dichtheid [kg/m3]

Dewi op 14 januari 2017 om 10:14
EVEN WAT UITLEG:

1 L/min = ..... mL/s. Ook hier moet je weten hoe je het doet en niet alleen maar een regeltje kennen. Dan ga je nadenken: moet ik nu vermenigvuldigen of delen? En doe je natuurlijk prompt het verkeerde.


Hier de werkwijze:

Je wilt van L naar mL. Je weet dat in 1 L 1000 mL zit. 

1 L/min is hetzelfde als 1000 mL/min



Je weet ook dat 1 min uit 60 s bestaat. In 1 min stroomt er dus 1000 mL. Nu wil je weten hoeveel dat is in 1 s. Dat is dus in 1/60 van de hoeveelheid die in 1 min stroomt. Je moet daarom 1000 mL delen door 60.

1000 mL/min is hetzelfde als 16,7 mL/s



Nog een voorbeeld:

1mL/s =….L/min. Je wilt nu van mL naar L en van s naar min. 




1 mL is 1/1000 van een L 

1mL/s = 0,001 L/s



In 1 min zitten 60 s. Je weet de hoeveelheid in 1 s. Je zal het getal dus met 60 moeten vermenigvuldigen om te weten hoeveel er stroomt in 1 min.

0,001 L/s = 0,060 L/min

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft vijf appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)