Examenbijles Bergtrein (VWO 2004)

Onderwerp: Arbeid en energie, Kracht en beweging, Rechtlijnige beweging

Examenopgave natuurkunde (Examen 2004-1, VWO1, opg. 2)

Dit is een uitgebreide uitwerking van de genoemde examensom. Voorzien van achtergrondinformatie en een stukje verdieping in de stof. Ben je alleen geïnteresseerd in de antwoorden klik dan hier voor de basisuitwerking.

Opgave

Enkele onderdelen van deze opgave kun je beantwoorden met behulp van de grafische mogelijkheden van je rekenmachine. Als je dit doet, moet je noteren welke stappen je genomen hebt. De antwoorden kunnen ook zonder grafische rekenmachine worden gevonden.

In een bergachtig gebied kunnen toeristen met een bergtrein naar een mooi uitzichtpunt reizen. De trein wordt aangedreven door een elektromotor. De trein begint net aan een rit naar boven. In figuur 5 is het (v,t)-diagram van de eerste 40 seconden weergegeven.

Deze gegevens hoef je alleen te gebruiken als je met de grafische rekenmachine werkt.
De grafiek voldoet aan het volgende functievoorschrift:
• voor 0 s < 26 s : v(t) = 1,6 - 1,6 cos(0,12t)
• voor 26 s < ... : v(t) = 3,2
•• N.B. Het argument van de cosinus is in radialen.

a) Bepaal de afstand die de trein op t = 20 s heeft afgelegd.

Uit figuur 5 blijkt dat op t = 15 s de trein nog aan het versnellen is.

b) Bepaal de versnelling van de trein op t = 15 s.

Uit figuur 5 blijkt dat de snelheid van de trein na enige tijd constant wordt. De motorkracht FM is dan gelijk aan 66 kN. Op de uitwerkbijlage is de helling getekend met daarop aangegeven het zwaartepunt Z van de trein. De zwaartekracht Fz op de trein is met een pijl weergegeven; 1 cm komt overeen met 20 kN.

c) Bepaal de massa van de trein.

De zwaartekracht kan ontbonden worden in een kracht loodrecht op de helling FZ, ┴,en een kracht evenwijdig aan de helling FZ, //. Bij constante snelheid geldt FM = FZ, // + FW. Hierin is FW de wrijvingskracht op de trein.

Werkbijlage
d) Bereken de wrijvingskracht op de trein. Bepaal daartoe eerst met behulp van de figuur op de uitwerkbijlage de grootte van FZ, //.

Bij de constante snelheid van 3,2 m s–1 gebruikt de elektromotor een elektrisch vermogen van 270 kW.

e) Bereken het rendement van deze elektromotor.

Algemene achtergrondinformatie

SOSCASTOA?
• "SOS": SIN φ= Overstaande zijde / Schuine zijde
• "CAS": COS φ=Aanliggende zijde / Schuine zijde,
• "TOA": TAN φ=Overstaande / Aanliggende zijde

Extra uitleg over het ontbinden van krachten op een voorwerp op een hellend vlak kun je vinden op de site van Walter Fendt. Kies voor de instelling 'krachtvectoren'. Druk op start en vervolgens op pauze als het blokje midden op het vlak staat.

Aanwijzingen bij de vragen

Open de aanwijzing bij de vraag van jouw keuze.

Uitwerkingen

Open het antwoord op de vraag van jouw keuze

We want more!

Wil je na het maken van deze opgave nog meer oefenen met dit soort opgaven? Probeer dan ook eens de opgave over opa's winkelwagen..