Opgaven
a) Welke sensoren moet het systeem op de fiets bevatten?
b) Welke actuatoren moet het systeem bevatten?
c) Hoe moet de versnelling geschakeld zijn bij een vlakke weg met wind in de rug?
d) Hoe moet de versnelling geschakeld zijn bij een helling bergop?
Een fietser rijdt met een hoge snelheid over een vlakke weg en komt bij een steile helling.
Het systeem staat geschakeld op automatisch.
e) Beschrijf wat de actuatoren doen.
Het versnellingssysteem is niet zo gemakkelijk na te bouwen op een systeembord of met Systematic. Het verlichtingssysteem is wel gemakkelijk na te bouwen.
f) Ontwerp het verlichtingssysteem op het systeembord of in Systematic.
Uitwerking vraag (a)
Krachtsensor, snelheidssensor, lichtsensor.
Uitwerking vraag (b)
Lamp aan en uit, schakelaars voor: vering zwaar of licht, elektrische achterderailleur, voorderailleur.
Uitwerking vraag (c)
Grote versnelling: met de geleverde kracht is de snelheid groot.
Uitwerking vraag (d)
Kleine versnelling: met de geleverde kracht is de snelheid klein.
Uitwerking vraag (e)
Terwijl de kracht gelijk blijft schakelt de versnelling van een grote versnelling naar een kleine versnelling en schakelt de vering van zacht naar hard.
Uitwerking vraag (f)
Lichtsensor => comparator => invertor => lamp