Cilinder

Onderwerp: Gas en vloeistof

havo/vwo, gas en vloeistof, examenniveau, 20 min

Opgave

In een cilinder zit een gas opgesloten met een temperatuur van 15 °C, een volume van 400 cm3 en een druk van 1,00•105 Pa.
Zie doorsnede, zoals hieronder getekend.
De oppervlakte van de cilinderdoorsnede is 35 cm2.

a) Bereken hoeveel mol gas is opgesloten.
b) Bereken de kracht die de zuiger op het gas uitoefent.

In ons goed uitgeruste laboratorium voeren we het volgende experiment uit.
Vanuit de uitgangssituatie A, zoals die boven beschreven is, gaan we bij constante druk in de cilinder de temperatuur verlagen. Het eindvolume daarbij is 200 cm2. Die toestand noemen we B.
Vervolgens verwarmen we bij constant volume het gas totdat de temperatuur weer de oude waarde van 15 °C bereikt. Die toestand noemen we C.
Tenslotte herstellen we de oude toestand door bij constante temperatuur het volume te vergroten tot 400 cm3.

c) Teken de p,V-grafiek van het beschreven proces: A >> B >> C >> A.