Een lampje "bevat" geen stroomsterkte. Dat suggereert alsof het stroom opslaat. De stroom gaat er doorheen - even snel erin als eruit. Er blijft niets achter. Wel neemt de energie van de stroomdeeltjes af - die peuzelt het lampje op om te branden. Dat oppeuzelen is zijn "weerstand" in de stroomkring.

Door beide lampjes (in serie geschakeld) gaat dezelfde 40 mA stroom.  Vanuit de batterij gaan evenveel stroomdeeltjes naar de lampjes als er van de lampjes terugkomen. Alleen voorziet de batterij de deeltjes van energie, die je in de lampjes afstaan en dan weer "zonder energie" bij de achterkant van de batterij aankomen.

1. Dank u voor uw reactie maar hoeveel hebben de 2lampjes in mA als je weet dat de batterij 40mA heeft?
2. Alvast bedankt voor uw reactie!

lampjes "hebben" niks in mA. Het is een elektrische stroom die op weg van de ene kant van de batterij naar de andere kant door de lampjes heen gaat en daarbij de gekregen energie afstaat.
Bij gelijke lampjes zal die energie ook gelijkelijk er over verdeeld worden. De daarmee samenhangende spanningsval is dan ook gelijkelijk verdeeld.  Bijv 5 V uit de batterij zakt met 2,5 V over de eerste lamp en nog eens met 2,5 V over de tweede batterij. En door beide gaat de hele 40 mA stroomsterkte.

En voor wie zich als Nederlander afvraagt wat STEM betekent: het is een Vlaams initatief
https://onderwijs.vlaanderen.be/nl/stem met STEM = Science, Technology, Engineering, Mathematics.

Da's heel Nederlands om te zeggen dat het exacte wetenschap, technologie, ingenieursschap (for lack of a better word) en wiskunde betreft.

 dag Mathieux,

dan moet je er wel nog bij vertellen of die lampjes serie geschakeld staan, of parallel. 
Je kunt je schakeling nabouwen in een schitterende applet:
https://phet.colorado.edu/en/simulations/circuit-construction-kit-dc

en dan kun je zelf heel mooi zien hoe stroom door een schakeling loopt

Groet, Jan