Dynamo

Kim stelde deze vraag op 04 december 2020 om 11:52.

Hallo, 
Voor een vwo 6 schoolopdracht zijn wij bezig met een experiment met een dynamo. Aan een touwtje binden wij een massastukje wat wij vervolgens laten vallen. Dit vallen zal een wiel aandraaien dat in verbinding staat met de dynamo. WIj hebben van dit het rendement bepaald en ons verdiept in de werking van de dynamo. 
Ook zijn wij bezig met de elektrische belasting. Wij vragen ons nu af wat de elektrische belasting voor gevolgen heeft voor de snelheid waarmee het gewichtje naar beneden zakt? 

Groet 


Reacties

Theo de Klerk op 04 december 2020 om 12:08
Deze vraag lijkt erg op een recente andere: https://www.natuurkunde.nl/vraagbaak/73850

D
e zwaarte-energie die het vallende blokje verliest komt ten goede aan de elektrische energie.
Hoeveel van die energie nuttig gebruikt wordt bepaalt het rendement. De rest is warmte, wrijving en andere energie-verliesposten. 
"Elektische belasting" klinkt als "een erop aangesloten apparaat" - die de vrijkomende energie "belast" (lees: gebruikt) om zelf te werken. Dat apparaat kan allerlei eisen hebben m.b.t. vermogen, maar het vallende blokje zal maar een bepaald vermogen kunnen vrijmaken en gaat echt niet sneller vallen omdat een apparaat meer wil hebben. Als het blokje te weinig levert dan werkt zo'n apparaat waarschijnlijk niet (allereerst moet het voltage kloppen - daarna moet de stroombehoefte gedekt kunnen worden. Zo niet, werkt het niet. Sluit maar eens een wasmachine op een batterij aan...)
Jan van de Velde op 04 december 2020 om 16:23

Kim

..//.. een experiment
..//..  Wij vragen ons nu af wat de elektrische belasting voor gevolgen heeft voor de snelheid waarmee het gewichtje naar beneden zakt? 

 Dag Kim,

dan voer je dat experiment uit met een aantal verschillende elektrische belastingen

 (= weerstanden), en dan gaan je waarnemingen je met een beetje geluk tot een conclusie brengen :) 

groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft twintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)