Thermostaat

Erwin stelde deze vraag op 15 januari 2020 om 14:56.

 In mijn boek staat dit:


Een eenvoudige thermostaat
In de figuur zie je een schema van een thermostaat. Een NTC is in serie geschakeld met een regelbare weerstand. Bij een serieschakeling staat de grootste spanning over de grootste weerstand. Als de temperatuur daalt, neemt de weerstand van de NTC toe. Daardoor stijgt de spanning over de NTC. Een computer meet de spanning over de NTC en vergelijkt deze met de ingestelde spanning. Als de spanning over de weerstand groter wordt dan de ingestelde waarde gaat er een signaal naar de ketel. Als je de thermostaat instelt, verander je de waarde over de regelbare weerstand. Zo leg je vast bij welke temperatuur de ingestelde spanning wordt bereikt. 

Als je een hoge temperatuur wil moet je de weerstand van de regelbare weerstand dan verhogen of verlagen en waarom?

Reacties

Jan van de Velde op 15 januari 2020 om 15:18
Dag Erwin,

Om dat te kunnen beredeneren moet je weten hoe spanning wordt verdeeld over serieweerstanden.

Bijvoorbeeld een serieschakeling met een batterij van 24 V, een weerstand van 3 Ω en eentje van 6 Ω. 

Hoeveel spanning staat er dan over elke weerstand? 

Als dat lukt kunnen we eens naar die thermostaat kijken.

groet, Jan
Theo de Klerk op 15 januari 2020 om 15:19
Hogere temperatuur geeft een lagere spanning over de NTC weerstand.
De totale spanning blijft hetzelfde in de seriekring. Dus moet de andere (variabele) weerstand dan meer of minder spanning op zich nemen en daarmee een grotere of kleinere weerstand vormen?
Erwin op 15 januari 2020 om 20:12
Hoi, meneer van de Velde

over de ene staat 8 V (3 ohm) en de andere 16 V (6 Ohm) denk ik. want Itot = 24/ (3+6) = 2,67 die keer 3 en voor de andere keer 6 aangezien U = I x R
Jan van de Velde op 15 januari 2020 om 21:27
Precies.
Dan is nu de rest een kwestie van redeneren, en dat kun je dan zonodig doen met weer simpele getallenvoorbeelden. 

stel nou dat die van 6 Ω de NTC is :

Erwin plaatste:

Als de temperatuur daalt, neemt de weerstand van de NTC toe. 


Laten we stellen dat die daardoor 9 Ω wordt. 
de spanning over de NTC wordt dan 18 V. 

Laten we stellen dat 18 V de spanning is waarbij de ketel gaat werken.

Aan die NTC kan ik niet gaan prutsen.

Ik wil dat de ketel bij een hogere temperatuur al aan slaat. De weerstand van mijn NTC is daarbij lager, bijvoorbeeld 3 Ω.
Wat moet ik nou doen met die 3 Ω van die (regelbare) serieweerstand om tóch 18 V over die NTC te krijgen? 

zie je hoe je zo'n redenering kunt aanpakken met een praktisch rekenvoorbeeldje? 
Tip: gebruik dan vooral getallen als 24 of 60, omdat die heel veel delers hebben, dat rekent makkelijk uit het hoofd.

Groet, Jan
Erwin op 15 januari 2020 om 22:29
volgens mij moet je dan de weerstands waarde van de regelbare weerstand verlagen.
Jan van de Velde op 15 januari 2020 om 22:40
yep
Erwin op 17 januari 2020 om 18:45
dank u voor de goede uitleg!

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft eenentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)