Ha Tim, 

Ja ook dit lampje moet je zien als een parallel geschakeld lampje!

Groeten meester Bart

Dag Tim,

ik heb je afbeelding even rechtstreeks ingevoegd, en de lampjes genummerd.

Ik snap niet goed wat jij bedoelt met:
Je hoeft niks over die voltmeter te weten, en die voltmeter mag zelfs een heel ander apparaat zijn, bij wijze van spreken een Videocamera, dan nog staat lampje L1 er parallel aan.

Pas op, ten opzichte van de parallelcombinatie L2/L3 staat L1 gewoon seriegeschakeld. 

groet, Jan

Nee, een voltmeter staat altijd parallel aan een weerstand (of lamp) zodat hij het spanningsverschil tussen beide aansluitpunten kan meten. De weerstand van de meter is zodanig hoog dat er nauwelijks stroom door de voltmeter gaat en wat dat betreft je de weerstand (lamp) ook zonder meter kan beschouwen.

En dan staat die L1 lamp in serie met de L2 en L3 lampen die parallel staan en waar je een vervangingsweerstand voor moet kunnen berekenen.

Sorry voor meester Bart - die zit er naast als hij wilde zeggen dat L1, L2 en L3 allemaal parallel staan. Hij heeft gelijk als hij beweert dat voltmeter en lamp L1 parallel staan. Alleen mag je de weerstand van de voltmeter als (praktisch) oneindig beschouwen zodat de vervangingsweerstand de weerstand van L1 is.
(Ditto is de weerstand van een stroommeter bijna 0 Ω zodat er geen merkbare spanningsval over de meter is)

Ja ik bedoelde de vervangingsweerstand van het lampje 1 en de voltmeter maar ik heb dus als ik het goed begrepen heb, geleerd dat je de vervangingsweerstand kunt opmaken met de afzonderlijke geleidbaarheden optellen en dan 1/ (G1 + Gv). Maar omdat dit op het zelfde uitkomt als de weerstand van lampje 1 dat het niet uitmaakt. Nu ik erover nadenk is dit ook best logisch want 1 delen door een oneindig groot getal is ontzettend klein, maar het het kan wel handig zijn om te weten dat je het dus als een parallel schakeling moet zien voor het bereken van de U en de I. 

Daarom moet je dus nooit een voltmeter in een schakeling opnemen zoals je een stroommeter invoegt. Dan is er een schakeling met een oneindige weerstand en loopt er vrijwel geen stroom en zit alle spanning over de spanningsmeter.

Zo moet je ook een stroommeter niet "over" een weerstand zetten. Dan heeft de stroom een weerstandloze omweg door de stroommeter (0 Ω) en gaat alle stroom door de meter en niks door de weerstand waarover die staat.

hoeveel volt heeft elk lampje?

Een lampje heeft geen volt. 
Als er iets als 1,5 V 3W op staat betekent het dat de constructie zo gemaakt is dat het lampje goed functioneert als het op een spanningsbron van 1,5 V wordt aangesloten. Of, indien in een schakeling, 1,5 V spanningsverschil over het lampje komt te staan.
Er gaat dan een stroomsterkte van I=P/U = 3/1,5 = 2 A doorheen. De weerstand is R = U/I = 1,5/2 =0,75 ohm. 2A is de maximale stroom. Kleinere spanningsverschillen geven kleinere stromen I= U/R en lamp brandt niet of minder fel.
Bij een hogere spanning, bijv 5V, is de weerstand hetzelfde en zal de stroomsterkte ook toenemen: I = U/R = 5/0,75 = 6,6 A  . De lamp brandt veel te fel en zal doorbranden. Daarom staat op zo'n lamp 1,5 V: niet geschikt voor hogere voltages.
Een huiskamerlamp voor 230 V werkt slecht op 110 V in de VS maar brandt door op 330 V

De lampjes in de schakeling hebben verschillende spanningsverschillen: gelijke spanning als ze parallel staan, zoals L2 en L3, de rest van de bronspanning staat over de in serie geschakelde lamp L1

Aangezien over L1 4V staat  en de bron 12 V levert, kan een kind uitrekenen hoeveel spanning over L2 en L3 staat.

wat is de spannning van de lampjes dan?

Lees eens wat er staat en denk eens na

dat snap ik maar de vraag op mijn werkblad is  Geef in de rechter schakeling wat de spanning van de lampjes is. en aangezien lamp 2 en 3 paralel staan gok ik 8 en 8 en dan die laatste 4? zodat je een totaal van 12 volt is. ik ga dr vannuit dat de spanningbron 12 volt is.

In de tekening staat dat de bron 12V spanningsverschil geeft. Er staat 4 V over een lamp,  dus de rest,  8V moet over de overige lampen staan. En die staan parallel, dus elk heeft 8 V over zich staan.
Correct "gegokt" dus. Maar ik zou het beredeneren - dat geeft 100% succeskans ipv gokken.

Ik weet dat dit niet veel met de vraag te maken heeft maar bij een rechtevenredig verband, heeft de stroomsterkte invloed op de weerstand, 

Ik geloof dat je het hoofdstuk over elektriciteit toch eens goed moet gaan doorlezen. Dan kom je de wet van Ohm tegen die stelt:
 U = R I
ofwel spanning U en stroomsterkte I zijn rechtevenredig met elkaar met een factor weerstand R.
In wiskundige formule geschreven als
y = m x
dan varieert x (stroomsterkte I) en daarmee wijzigt y (spanning U) met een vaste factor m (weerstand R). Die factor verandert niet.

dus geen invloed.

dag man,

geen directe invloed, nee, MAAR: een grotere stroomsterkte betekent meestal dat de temperatuur (veel) hoger wordt, en die temperatuur is van grote invloed op de (soortelijke) weerstand.
De weerstand van een koud gloeilampje is ruim 10 keer zo klein als van een gloeilampje in werking. 

Een gloeilampje mag je dus zeker geen ohmse weerstand noemen. 
Er zijn materialen waarbij de temperatuur maar een geringe invloed heeft op de weerstand. Nichroom en ook constantaan (what's in a name) zijn daarvan de bekendste voorbeelden.

groet, Jan