De architectuur van de relativiteitstheorie
Ad stelde deze vraag op 04 november 2019 om 16:29.Elke theorie, of het nu een fysische, een psychologische of een sociologische theorie is, wordt gedefinieerd in termen van een veronderstelde architectuur en in termen van een aantal veronderstellingen (assumpties) die binnen die architectuur van toepassing zijn.
Een voorbeeld uit de natuurkunde is de vroeger algemeen aanvaarde koepeltheorie (Eng. dome theory) om de beweging van de sterren te verklaren. Deze theorie is inmiddels vervangen door de lichtgevende bollen theorie (Eng. luminous spheres theory).
Het meest klassieke en wellicht ook het eerste niet-wiskundige model om een verschijnsel begrijpelijk te maken was het koepelmodel om de beweging van de sterren aan het firmament te verklaren. De sterren bewegen wel, maar ze bewegen niet t.o.v. elkaar. Ze draaien allemaal tegelijk rondom één bepaalde ster en dat is de Poolster. Het voor de hand liggende model was als volgt. We kijken van onderen tegen een bol waarin gaatjes zitten. De bol draait langzaam om het punt waar de Poolster is. Binnen de bol zitten wij en buiten de bol is er licht. In de bol zitten gaatjes en het licht valt door de gaatjes. De sterren zijn dus in feite gaatjes. Een assumptie binnen deze architectuur is, dat de helderheid van een ster bepaald wordt door de grootte van het betreffende gaatje. De moderne opvatting is, dat de sterren lichtgevende bollen zijn, die met grote snelheid door de ruimte zweven, maar waarvan we de beweging niet kunnen zien door de zeer grote afstand van de sterren t.o.v. ons. Een assumptie binnen die architectuur is, dat de helderheid van een ster deels bepaald wordt door de afstand van die ster t.o.v. de aarde.
Mijn vraag is nu: wat is de architectuur van de relativiteitstheorie, met name van de algemene relativiteitstheorie, en is er een lijst van assumpties te maken die binnen die architectuur van toepassing zijn.