Bedenk steeds dat wat de teller meet gelijk is aan radioactieve straling van het preparaat + een constante achtergrond.
Dat preparaat vervalt en geeft steeds minder straling (telkens de helft na een halfwaardetijd). Wat de Geiger teller meet is dat aantal + die constante achtergrond.
Als getallenvoorbeeld: stel het preparaat begint met 100 vervallen/sec en de achtergrond blijft steeds met 5 vervallen (waarvandaan blijft onbekend: maar constant 5 vervallen)
Meting op t =0 s: 100 + 5 Meting na 1 halfwaardetijd: 50 + 5 Meting na 2 halfwaardetijden: 25 + 5 Meting na 3 halfwaardetijden: 12,5 + 5
enz
Kun je nu de som oplossen?
Leon
op
24 juni 2019 om 11:06
@Theo
Radioactieve straling??? Slordig! De straling is niet radioactief, maar ioniserend!
Theo de Klerk
op
24 juni 2019 om 11:35
Mee eens - slordige opmerking mijnerzijds.
Heeft het "dagelijks taalgebruik" toch weer even de overhand gehad. Kernen zijn radioactief en stralen uit. De straling zelf is niet radioactief. Wel gevaarlijk door het ioniserend karakter.