what goes up must come down

Hendrikus stelde deze vraag op 09 maart 2006 om 21:38.

Hallo ik heb hier een discussie en we komen er niet uit.

Ik schiet een exact ronde kogel af met een geweer. Vervolgens valt deze terug op aarde. Is de snelheid waarmee deze op aarde valt net zo snel als de snelheid waarmee ik de kogel afschoot?

Zo niet welke factoren spelen de grootste rol en waarom?

mvg,

 

Hendrikus-Hermanus Ensink 

Reacties

Gerwin op 10 maart 2006 om 10:07

Hendrikus,

Ik ga er even avnuit dat je dekogel recht omhoog schiet. 

De wet van behoud van energie is altijd van kracht. Op het moment dat ik de kogel afschiet heeft deze maximale kinetische energie en geen potentiele energie. Op het hoogste moment heeft de kogel geen kinetische energie en is de potentiele energie maximaal. Op het moment dat de kogel weer op aarde terecht komt is er geen potentiele energie en is de kinetische energie weer maximaal.

Op deze manier zou je dus zeggen dat de (kinetische) energie van de kogel dus weer evengroot is als deze terug komt, omdat er behoudt van energie is.

Echter, de kogel ondervindt tijdens zijn vlucht wrijving van de lucht. De lucht laat de kogel niet zomaar omhoog gaan, maar geeft hem wrijving (de kogel moet tussen de luchtmoleculen doorwringen, ook op de terugweg). Deze wrijving pakt wat energie af van de kogel (deze wordt omgezet in warmte) en daarom kan de kinetische energie op het moment dat de kogel weer op aarde terecht komt niet even groot zijn als toen hij werd afgevuurd. De snelheid zal dus minder zijn.  

NB. Deze wrijving is heel klein en daarom zul je daar in de praktijk niet zoveel van merken.

Schipper op 15 maart 2006 om 13:14

Je merkt er juist wel veel van en dat komt door de wet van Stokes. Als je daar op zoekt in Google zul je er vast wat over vinden.

Door die wrijving wordt de versnelling van de kogel al na een "vrij kort" stukje vallen constant. (De wrijving wordt namelijk groter als de snelheid groter wordt)

De wrijving wordt heel erg bepaald door de viscositeit van het medium (in dit geval de lucht) daarom zul je bij het zoeken naar de wet van Stokes ook veel vinden over het bepalen van de viscositeit van een medium (vloeistof of gas). De maat voor viscositeit is zelfs cSt (spreek uit centistokes).

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft vijfentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)