Uitzetting stalen damwand

Johan stelde deze vraag op 24 maart 2006 om 12:13.

Ik wil graag weten hoeveel een stalen damwand maximaal uitzet bij een temperatuurverschil per 10C ?

 Alvast bedankt.

Reacties

Bert op 25 maart 2006 om 18:30

Beste Johan,

de lineaire uitzettingscoefficient van staal is volgens BINAS 12.10^-6 voor koolstofstaal.

Dat betekent dat een stuk staal van 1 meter lengte per graad temperatuurverhoging 0,012 mm langer wordt.

Dus een damwand van 30 meter (?) zal bij een temperatuurverhoging van 10 graden ca. 3,6 mm langer worden.

Bert 

 

senne op 17 april 2008 om 18:54

alstublief help mij , wat is de uitzettingscoëfficiënt van een stale staaf van 100 mm bij 20° en bij 100°

 

alvast bedankt senne

Jan op 17 april 2008 om 19:26

Dag Senne,

Hier vind je een tabel met lineaire uitzettingscoëfficiënten van een aantal min of meer dagelijkse materialen bij 20°C.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Uitzettingsco%C3%ABffici%C3%ABnt

Iets vergelijkbaars bij 100°C kan ik zo gauw niet vinden, maar die coëfficiënt zal vij 100°C vast nog niet zo heel veel afwijken van die van 20°C.

Ik vraag me dan ook af wat je precies bedoelt. Bedoel je misschien niet gewoon dat je een staaf hebt van 100 mm lang bij 20°C, en dat je moet weten hoe lang die wordt als je hem opwarmt naar 100°C ??

Groet, Jan

Maarten op 08 juni 2017 om 17:40
Help mij alstublieft!
Stel,
Je hebt net berekend dat de lengtetoename van een spoorrail van 20
meter als deze 1 graden warmer wordt 0,234 is.
Dat deed je met de berekening 0,0117 keer 20, antwoord is 0,234.
Dan moet je berekenen wat de lengtetoename is van een spoorrail 
van 20 meter als deze 50 graden verwarmd wordt.
Eerst heb je al berekent wat het bij 20 meter is dus nu doe je het antwoord
van net keer 50, 0,234 keer 50.
0,234 heeft 3 significante cijfers en 50 heeft er 2, dus het antwoord (11,7) moet je afronden op 2 significante cijfers en dus wordt het antwoord 12.
Maar in het antwoordenboekje staat 11,7.
Heb ik dan iets fout gedaan of klopt het antwoordenboekje niet?
help aub snel, mijn toets is morgen al!!
Jan van de Velde op 08 juni 2017 om 21:03
dag Maarten,

Ik vermoed dat de antwoordenboekjesmaker toen hij rekende (nog) niet wist dat het antwoord in twee significante cijfers moest. 
Je vindt feitelijk hetzelfde antwoord, alleen met een andere significantie. Het moest in 2 significante cijfers, dan wordt 11,7 dus 12.
Je doet dus alles gewoon goed. Niet in paniek raken van aantallen significante cijfers, en al helemaal niet van antwoordenboekjes.

Wat ik wél erg vind is dat je bij je nergens bij je uitkomsten de eenheid vermeldt. Die rail wordt vast geen 12 meter langer?? Maak in elk geval daar een goede, vaste gewoonte van. Er zijn niet veel dimensieloze getallen in de natuurkunde.

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft zevenentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)